Dekker neemt met zijn Cotrans-schepen deel aan een 1-jarige praktijkproef van TNO om biobrandstof FAME te testen. Het onderzoek, uitgevoerd in opdracht van het ministerie IenW, moet inzichtelijk maken in welke samenstellingen en onder welke omstandigheden deze biodiesel het beste werkt in de binnenvaart. De eerste ervaringen zijn positief.
FAME is veelbelovend. De Nederlandse binnenvaart kan met bijmenging van deze biobrandstof op korte termijn een aanzienlijke CO2-reductie realiseren. Maar niet iedereen is overtuigd. Ook ontbreekt er nog de nodige informatie. Het TNO-onderzoek moet de ontbrekende informatie nu gaan ophalen. Daartoe bunkeren (tanken) de binnenvaartschepen van Dekker gedurende 1 jaar bij Terlouw in Capelle aan de IJssel gasolie met een bijmenging van 15% FAME (B15).
Bunkerstation Terlouw
Wat is FAME precies? FAME staat voor Fatty Acid Methyl Esters. Het is een biobrandstof gemaakt van vetten en oliën en wordt veelal geproduceerd uit restproducten, zoals hergebruikte kookolie, maar ook dierlijke vetten, of plantaardige oliën zoals palmolie of koolzaad.
De potentiële emissiewinst bij grootschalige inzet van FAME is aanzienlijk. Diesel stoot 8 keer zoveel CO2 uit, als je kijkt naar de totale CO2-uitstoot van well to wheel. Bovendien is FAME sneller beschikbaar en goedkoper dan HVO.
De schippers vullen een monitoringsformulier in bij elke bunkering, met de bijmenging van 15% FAME. Zo verzamelen de onderzoekers informatie over de olieverversingstermijn, de draaiuren van de motoren, de gebunkerde volumes en de frequenties waarmee filters moeten worden vervangen. Ook inspecteren ze brandstoffilters op aanslag of vervuiling.
Met deze proef brengt TNO nauwkeurig de startsituatie in kaart, hoe het is om met FAME te varen en welke technische en operationele maatregelen nodig zijn om probleemloos op deze nieuwe brandstof te kunnen varen. Daarnaast moet de proef uitwijzen of er een specifieke brandstofkwaliteitsnorm nodig is voor een bepaalde blend voor de binnenvaart.
Hoewel de proef nog loopt tot eind 2025 is Dekker tevreden met het bunkeren van B15. De Cotrans-schepen varen er prima op. "Het gaat eigenlijk vanzelf, je kunt het er gewoon ingooien", vertelt Cees Anker, walkapitein bij Dekker, in een video van FincoEnergies, de leverancier van FAME. "Natuurlijk moet je onderhoud aan je motoren plegen, water aftappen en filters op tijd vervangen, maar dit is wat je standaard altijd moet doen."
De deelname van de Cotrans-schepen aan dit onderzoek past in het duurzaamheidsbeleid van Dekker om de eigen schepen te verduurzamen. Bij onze productie van zand en grind komt al geen CO2 meer vrij, alleen het vervoer ervan per schip naar de betoncentrales draait nog op gasolie. Dan daar willen we ook vanaf. Elke stap op weg naar een emissievrije toekomst is een stap dichter bij ons doel.
![]() |
![]() |
Leo van der Meer - Cotrans 10 en Jacob Terlouw |
Onze nationale binnenvaart heeft de opgave om in 2030 haar CO2-uitstoot met 14,5% verminderd te hebben. Hoewel voor de toekomst ook wordt ingezet op volledig accu-elektrisch varen, en op duurzame waterstof en methanol, zijn dit geen oplossingen voor de korte termijn. Biodiesels zoals FAME en HVO zijn eerder beschikbaar en vormen een betaalbare (tussen)oplossing. Met name FAME kan voor een snelle CO2-reductie zorgen in de binnenvaart, tegen lagere kosten dan de meeste andere opties.
De binnenvaartsector is nauw betrokken bij het onderzoek met medewerking van KBN, NOVE/Stichting VOS, VEMOBIN, MVO, en VT-group, maar ook van motorenleveranciers en de verzekeringsbranche. TNO verzorgt de coördinatie en rapportage van de proef.
Bovenstaande informatie is grotendeels ontleend aan de website van TNO.
© 2018 Dekker groep BV | Alle rechten voorbehouden | Disclaimer | Privacy | Algemene Voorwaarden